Internationale Dag van de Witte Stok - Integraal toegankelijk publiek domein
15 oktober werd in 1970 door de Wereld Blinden Unie uitgeroepen tot Internationale Dag van de Witte Stok. Op deze dag wordt het publiek gesensibiliseerd over het hulpmiddel waardoor personen met een visuele handicap zich dagelijks op een zelfstandige manier kunnen verplaatsen.
De witte stok laat blinde en slechtziende personen toe zich op straat te verplaatsen, en waarschuwt autobestuurders en voetgangers dat de persoon een visuele handicap heeft. Door het maken van een veegbeweging vóór hen, worden hindernissen opgespoord (Brailleliga).
Niet enkel de witte stok is een belangrijk hulpmiddel maar zo ook een slim ontworpen openbaar domein dat integraal toegankelijk is: dat iedereen moet kunnen bereiken, betreden, gebruiken en begrijpen op een gelijkwaardige en zelfstandige manier.
Dit lijkt een vanzelfsprekendheid, maar in de praktijk wordt vaak bij het ontwerpen uitgegaan van de gemiddelde mens. Zo lopen er echter niet veel rond: iedereen wijkt wel op één of ander punt af van het gemiddelde. De één is wat kleiner, de ander wat dikker, weer een ander loopt wat moeilijk, iemand heeft een (tijdelijke) blessure, een ander heeft een blijvende functiebeperking. Ook iemand die veel boodschappen draagt of een kinderwagen voortduwt wordt beperkt in zijn bewegingsvrijheid. Daarom moet niet het gemiddelde het uitgangspunt zijn, maar de uitzonderingen, de verschillen.
Daar schenken we bij D+A graag aandacht aan. We toetsen een ontwerp steeds af aan het Vademecum Toegankelijk Publiek Domein. We zorgen waar mogelijk voor voldoende vrije doorgang, een minimum aan obstakels, drempelloze loopoppervlakken, … en uiteraard ook natuurlijke en kunstmatige geleiding voor blinden en slechtzienden.
Gidslijnen
Bij verplaatsingen te voet maakt deze groep gebruik van verschillende te onderscheiden lijnvormige terreinelementen. Deze gidslijnen zijn over het algemeen genomen niet speciaal ontworpen om de oriëntatie van blinde en slechtziende personen te vergemakkelijken. Het zijn vaak heel alledaagse, veel voorkomende elementen. Natuurlijke gidslijnen moeten op de tast en met behulp van het eventuele restzicht te volgen zijn. Zo kan bijvoorbeeld een boordsteen goed dienst doen als gidslijn. De boordsteen is hier geaccentueerd met een contrasterende kleur ten opzichte van de aanliggende verharding.
Geleidelijnen
Kunstmatige geleidelijnen zijn alleen daar vereist waar het bij een gebrek aan geleiding onveilig is of wanneer de ruimte zodanig complex is dat de blinde of slechtziende persoon het risico loopt volledig gedesoriënteerd te raken. Denk hierbij aan (verkeer) pleinen, (bus- en metro) stations, drukke oversteekplaatsen, …
Geleidelijnen worden gevormd door stroken van 60cm breed in ribbelprofiel en geven richting aan (de ribbellijn wijst de gewenste looprichting aan).
Informatiemarkeringen
Informatiemarkeringen bestaan uit een verend oppervlak (meestal rubbertegels) en geven richtingverandering aan of aftakking op geleidelijnen, het opstapvlak aan bij haltes van het openbaar vervoer of geven ingang openbaar gebouw aan.
Waarschuwingsmarkeringen
Waarschuwingsmarkeringen worden gevormd door stroken van 60cm breed met een geschrankt noppenpatroon en waarschuwen voor gevaar: bij oversteekplaatsen, boven aan trappen, perronranden, hellingsbanen…
ENKELE VAN ONZE PROJECTEN
“Waterland tussen brouwer en molenaar„
“Openbaar vervoer vindt natuur„
“DNA wordt werkelijkheid„
“Terug naar het valleigebied„
“Een nieuw stukje stad„